Vandaag, 7 Januari, is het Zatari kamp overstroomd. Het kamp opende in Juli 2012 op een plaats waar verschillende Syrische vluchtelingen hun toevlucht hadden gezocht sinds het begin van de opstand. Ik was ter plaatse op 17 september om een fotoreportage te maken in samenwerking met UNHCR Benelux, toen was er al sprake van overstromingsgevaar. Helaas moeten we vandaag vaststellen dat wat logische vaststellingen lijken niet leiden tot aanpassingen in het beleid. De mensen in het kamp verdrinken in een bad van miserie en iedereen staat er rond te kijken. Zelf de kerstreportage over het Zatari kamp op de één journaal toonde maar een deel van de problemen. Lijden onze samenleving dat echt aan selectieve verontwaardiging of zijn de problemen dezer dagen zo complex geworden dat dit lijdt tot inertie? Hoe kon dit gebeuren? De rede hiervoor is tweezijdig, enerzijds omdat omwille van de zandstormen was het zand in het kamp weggegraven en men was op een harde aardkorst terecht gekomen. Daarop had men stenen gelegd, op die manier hadden ze minder last van opvliegend zand, maar creëerden ze een ondergrond die geen vocht meer kon absorberen. Anderzijds is het kamp in een vallei gebouwd, al het water van de omliggende gebieden stroomt richting het kamp. Waren er dan geen geologen en geografen aanwezig bij de planning van het kamp. Ik kan mijn verontwaardiging niet verbergen omdat ik 17 september al een artikel las dat deze ramp had voorspeld. Toch is het gebeurd! Inertie van de Jordaanse overheid In september stelden de Jordaanse overheid nog voor om de toen nog 25.000 vluchtelingen te verhuizen naar een andere plaats, dit is dus niet gebeurt. Er is geen officiële verklaring gegeven waarom het niet gedaan is. Ik vroeg aan het hoofd van UNHCR Jordanië hoe dit mogelijk was, maar kreeg zoals verwacht geen antwoord. Nu zitten de zowat 45.000 vluchtelingen niet alleen in de kou maar ook in de nattigheid. Uit beelden op het internet kan je opmaken dat het water hun tent van voren binnen loopt en van achteren weer buiten loopt. Bronnen over de schade zijn er nog niet, omdat dit nog maar sinds enkele uren bekend is. De komende dagen zullen cruciaal worden omdat het risico op infectie ziekten al groot was, zal dit nu alleen maar toenemen. Wat nu? Hoe zullen de vluchtelingen vanavond slapen? Waarschijnlijk zullen ze niet veel slapen, want slapen in een plaswater lukt niet echt, dat zullen de avonturiers onder ons wel weten., zeker als ze op sponsen matrassen slapen. Almafraq, de provincie waar het Zatari kamp gelegen is, is een desolate plaats, er zijn geen scholen, sportzalen waar de duizenden vluchtelingen kunnen verblijven. De vluchtelingen zullen weer hun veerkracht moeten tonen en de bittere pil doorslikken, zoals nu bijna twee jaar het geval is.
0 Comments
Op 27 december waren er 562,950 wachtende op en geregistreerde Syrische vluchtelingen in de buurlanden. Daarvan zijn er 147,107 geregistreerd in Turkije, 126,724 in Libanon, 116,778 in Jordanië, 67,015 in Iraq en 12,836 in Egypte. Als we de verhoudingen bekijken dan zien we dat 54% van de vluchtelingen jonger zijn dan 18 jaar zijn. 44% tussen 18-60 jaar en 2 % ouder dan 60 jaar. De leeftijdscategorieën blijven in verhouding in de verschillende landen. Als we kijken naar de populatie piramide zien we dat Syrië een jonge bevolkingsstructuur heeft. Dit vertaalt zich in een jonge vluchtelingenpopulatie. Er zijn dus meer dan 250.000 kindervluchtelingen. (bron: Statistieken UNHCR) Vele van deze kindervluchtelingen hebben de laatste 20 maanden hun thuis verloren, zijn getuigen geweest van of hebben geweld meegemaakt, hebben geen onderwijs genoten en hebben nu weinig ondersteuning voor de winter. Deze vluchtelingenkinderen zijn zich bewust van de problemen om hun heen en proberen hun familie en geliefden te ondersteunen en te beschermen. Zij dragen een juk dat ze anders niet zouden moeten dragen. Er zijn drie dingen waar de vluchtelingenkinderen vooral problemen mee hebben, dat is ten eerste het tekort aan stabiliteit omwille van de onzekerheid in hun sociale en fysieke omgeving. Ten tweede problemen op school omwille van de taalbarrière in Libanon en Turkije en de sociale uitsluiting op de scholen in die landen. Ten derde angst omwille van het feit dat ze gescheiden zijn van hun familie of moeten werken zodat hun familie kan overleven. ( bron: World Vision Lebanon)
“Raed, een tien jarige Syrische vluchteling, de winterse stormen en bliksems doe hem denken aan het geluid van bommen die rond hem ontploften in Syrië” Wat brengt 2013? Volgens UNHCR gaat het aantal vluchtelingen in de komende 6 maanden nog verdubbelen. De humanitaire respons is uiterst moeilijk omwille van sociale en politieke onrust in de buurlanden en de economische problemen. Men moet onderlijnen dat de buurlanden enorm gastvrij zijn naar de vluchtelingen toe en open grenzen blijven onderhouden. Het risico bestaat ook dat het Syrische conflict zich gaat verspreiden in de buurlanden. Omdat er geen politieke oplossing voor de crisis in zicht is betekent dit dat er massaal humane en financiële middelen moeten worden vrijgemaakt. Op 19 december werd er een collectieve oproep gelanceerd om 1 miljard dollar vrij te maken voor de eerste 6 maanden van 2013. Selon l’UNHCR, le Liban est le troisième pays du moyen orient à avoir plus de 100.000 réfugiés syriens. Le 22 octobre il y avait 101.283 réfugiés enregistrés ou en attente d’enregistrement sur le territoire Libanais. Cette dernière semaine 5500 réfugiés supplémentaires ont été enregistrés, ceci est moins que prévu à cause de la situation tendue au Liban. Plusieurs d’entre eux louent un appartement et survivent indépendamment. Si le conflit dure, plus de réfugiés seront obligés de se régulariser et de demander le soutiens du gouvernement Libanais, leurs économies étant épuisées. Beaucoup de réfugies ont des problèmes pour survivre avec le peu de moyens qui leurs reste. Actuellement il y a déjà 16.000 réfugiés qui doivent demander un soutien au gouvernement Libanais, aux ONG's et aux organisations internationales. Aujourd’hui à l’approche de l'hiver, les réfugiés ont vraiment besoin de plus d'aide humanitaire.
La situation dans les pays voisins La Turquie et la Jordanie sont les deux pays avec les plus grandes populations de réfugiés. Chacun en supporte plus de 100.000. D’autres pays avec des réfugies enregistrés sont l’Irak avec quelques 45.000 et l’Égypte avec quelques milliers, mais le gouvernement égyptien parle de plus de 150.000 non-enregistres. Le total est donc de 358.000, mais les gouvernements des pays voisins disent qu’ il y a plusieurs dizaines de milliers qui ne sont pas enregistrés. Accueil des réfugiés en Belgique. Le ministre des affaires étrangères Mr. Didier Reynders a proposé de réinstaller des réfugiés en Belgique. Mais Mr.Reynders a vite compris que les réfugiés n’en veulent pas. Dans les camps ils vivent au jour le jour et ils attendent le signal du possible retour au pays. Dans beaucoup de cas leur ville ou leur village n’est pas plus éloigné que de quelques dizaines de kilomètres du camp. Les rares réfugiés qui viennent en Belgique sont ceux dont les activités politiques sont devenues trop dangereuses dans les pays voisins et qui ont été contraints de quitter le moyen orient. En septembre il y avait 73 demandes d'asile en Belgique. Le total provisoire pour 2012 étant de 463. En ce moment il y a plus ou moins 13.000 demandes d'asile en Europe. Si le conflit dure il sera nécessaire de réinstaller des réfugies en occident. Steeds meer Syrische vluchtelingen willen terugkeren naar hun land. Volgens Anmar Hmoud, communicatie verantwoordelijke van de Jordaanse overheid, heeft het veiligheidspersoneel 92 Syrische vluchtelingen gerepatrieerd eind oktober. De groep bestaat voornamelijk uit alleenstaande mannen. Ze dienden een officieel verzoek in bij de Jordaanse overheid. Het aantal vluchtelingen die willen terugkeren naar hun land is fors gestegen. De laatste 2 maanden zijn er 5.000 aanvragen ingediend, gedurende heel het jaar waren het er 10 000 volgens overheidsbronnen. Het officiële verzoek wordt door het ministerie van binnenlandse zaken onderzocht. Het wordt verzoek per verzoek bekeken. Volgens veiligheidsbronnen, heeft Jordanië al 4000 vluchtelingen vrijwillig gerepatrieerd, het overgrote deel leefde in het Zatari Vluchtelingenkamp dicht bij de grensstad almafraq. Op zoek naar de oorzaak. Volgens UNHCR is het een normale ontwikkeling omdat vluchtelingen terug willen omwille van financiële redenen of geliefden die achterbleven in Syrië. Jordan Andrew Harper vertegenwoordiger van UNHCR vertelde aan de Jordan Times: “ In elke situatie met vluchtelingen zullen er mensen terug keren om hun bezittingen veilig te stellen, om werk te zoeken en om naasten te helpen die zijn achtergebleven. Soms kunnen ze het leven van een vluchteling niet aan, onze job is van hun dan veilig te repatriëren.” Mijn ervaring Toen ik op 18 september te gast was in het Zatari kamp, kreeg ik een heel ander verhaal van de mensen te horen. Is het wel een normale evolutie vraag ik mij af, aangezien de vluchtelingen vaak in opstand komen tegen hun situatie in het kamp. De vluchtelingen zijn heel dankbaar voor de veiligheid die de Jordaanse overheid hun geeft, maar ze klagen over het feit dat de levenskwaliteit zo laag is. Het eten en het water is gerantsoeneerd en vaak niet genoeg voor grote gezinnen, kinderen gaan slapen met honger omdat het niet genoeg is en omdat het niet aangepast is aan hun standaarden. Daarom koken sommige van de vluchtelingen hun eten zelf. Ze kopen dan hun eten bij winkeltjes die vaak zijn opgezet aan de ingang van het kamp. Vele van deze mensen zijn arm. De iets rijkere vluchtelingen huren zelf een appartement of een huis, maar hun spaarcenten geraken op. Tijdens de grote vakantie was er niet veel te doen in de kampen, jongeren kunnen nu wel naar school, maar de ouderen vullen hun dagen met sigaretten roken, thee drinken en de situatie in Syrië op te volgen. Het Zatari kamp ligt in de woestijn, bij de aanleg hebben ze een deel van de aardkorst weggegraven. Daaronder ligt los zand dat bij de minste wind een zand storm veroorzaakt. De oplossing daarvoor was van de bodem met stenen te bedekken, maar het los zand blijft een probleem. De vluchtelingen die het niet meer volhouden in het vluchtelingenkamp proberen te ontsnappen, maar om het kamp te verlaten moeten ze een officiële aanvraag indienen. Als ze toestemming hebben kunnen ze terug keren, maar vele willen naar Amman of naar andere landen om daar hun geluk op de proef te stellen en in de hoop om in een betere situatie terecht te komen. Als ze dan proberen te ontsnappen worden ze dan vaak hard handig aangepakt door de veiligheidsdiensten van het kamp. Conclusie UNHCR geeft zeker niet het volledige plaatje weer, de slechte levensomstandigheden van de vluchtelingen in het Zatari kamp zijn een significante drijfveer om terug te keren. Ondanks dat ze veiligheid hebben gevonden, is en blijft hun situatie ondragelijk. Er moet dus dringend meer internationale steun komen om de levenscondities van de vluchtelingen te verbeteren. Na de aardbeving in Haïti zijn ongeveer 15.000 Haïtianen naar Latijns-Amerika gemigreerd, 6.000 naar Brazilië, 2000 naar Ecuador en Chili en 1000 naar Mexico. De Haïtianen verkiezen Latijns-Amerika omwille van haar relatief open grenzen in vergelijking met de VS en de prijs van de reis naar de VS is ongeveer even duur als naar Latijns-Amerika. De Latijns-Amerikaanse landen verwelkomden de Haïtiaanse diaspora omwille van humanitaire redenen na de aardbeving, maar tegenwoordig wordt het beleid steeds restrictiever. De Haïtianen beginnen hun reis in Port-au-Prince, daar nemen ze de bus naar Santo Domingo, hoofdstad van de Dominicaanse Republiek. Ze nemen in Santo Domingo een vliegtuig naar Lima en trekken van daar te voet voor 5 tot 6u door de vlaktes van het binnenland. Daar nemen ze de bus naar Iquitos, om dan een gevaarlijke boottocht te ondernemen van het grensdorp Santa Rosa naar Tabatinga in Brazilië. Ze worden begeleid door "coyotes" of "gidsen" van Haïtiaanse origine, die duizenden dollars verdienen met de mensensmokkel. De relatief open grens tussen Peru en Brazilië is het ideale werkterrein van de mensensmokkelaars. De Haïtianen gaan dan meestal aan de slag in de illegale hout en mijnbouw industrieën, vaak worden ze verkocht door de mensensmokkelaars. In februari 2012 gaf de Braziliaanse overheid 520 000 dollar uit om in de grens staten van Acre en Amazonia om de illegale Haïtianen aan een visa te helpen en hun legaal aan het werk te krijgen voor een periode van 5 jaar. Omslag in het beleid In augustus waren er 105 immigranten die maanden in het Peruviaanse dorp Iñapari, op de grens met Brazilië en Bolivië, vast zaten. Hun situatie was dramatisch, enkele van hen gingen in honger staking. De oorzaak was dat Brazilië haar grens dicht hield, op de koop toe hadden ze geen humanitaire assistentie in Peru. In Augustus zaten er 210 Haïtianen vast in Brasileia dicht bij de grens met Peru en Bolivia. Zij waren aan het wachten op de legalisering van hun verblijfsdocumenten. De locale overheid begon met humanitaire assistentie voor de immigranten die vaak gehydrateerd en hongerig aankwamen na een tocht van enkele dagen in het Boliviaanse Amazone woud. Zij werden op 18 september geregulariseerd. Op dit moment wil de locale overheid van Brasileia geen humanitaire assistentie leveren aan de Haïtianen omdat Brasileia geen geld meer heeft. Ze ging hiervoor naar de centrale overheid, maar die twijfelde nog over het te volgen beleid. Ofwel zou ze hun verblijf legaliseren ofwel hun terug sturen naar Haïti of gewoon de grens over Peru in. Deze tendens is te voelen in heel Latijns-Amerika, meer een meer wordt er overwogen om de Haïtianen te deporteren. Na de aardbeving was er een moratorium ingesteld op het terugsturen van de migranten uit humanitaire overwegingen, maar ondertussen is het beleid veranderd en is de repatriëring terug in beeld gekomen. Volgens Antonio Patriota, minister voor buitenlandse zaken in Brazilië, is de oorzaak hiervoor dat de Braziliaanse overheid de georganiseerde misdaad (mensensmokkel) wil bestrijden die de immigranten exploiteert. Volgens UNHCR is Libanon het derde land in de regio dat de kaap van 100.000 Syrische vluchtelingen overstijgd. Op 22 oktober waren er 101,283 geregistreerde en wachtende op registratie op het Libanese grondgebied.
De situatie in Libanon In Libanon hebben zich de laatste week 5500 Syrische vluchtelingen geregistreerd, dit is minder dan verwacht omwille van de gespannen situatie. Veel vluchtelingen huren een appartement en overleven zelfstandig. Hoe langer dat het conflict duurt, zullen er veel meer vluchtelingen zich genoodzaakt zien om zich te registreren en hulp aan te vragen van de Libanese overheid omdat hun spaargeld opgebruikt geraakt. Veel vluchtelingen hebben het dus moeilijk om de eindje aan elkaar te knopen, zij klagen de hoge prijzen voor levensmiddelen aan. Nu zijn er al 16.000 vluchtelingen die moeten beroep doen op de overheid, internationale organisaties en ngo's om te kunnen overleven. Met de winter die in aantocht is er dringend meer hulp nodig. De situatie in de buurlanden Turkije en Jordanië zijn de twee landen met de meeste vluchtelingen. De andere landen in de regio met een geregistreerde vluchtelingenpopulatie zijn Irak en Egypte, zo'n 45.000 in Irak en enkele duizenden in Egypte, maar de Egyptische overheid spreek van 150.000 niet geregistreerden. Het totaal in de regio is 358.000, maar de overheden van de buurlanden van Syrië zeggen dat er tienduizenden vluchtelingen zijn die nog niet geregistreerd zijn. Opvang van vluchtelingen in België Minister van Buitenlandse zaken Didier Reynders stelde een week geleden voor om Syrische vluchtelingen te hervestigen in België maar Reynders kwam snel tot de vaststelling dat ze dit niet willen. In de vluchtelingenkampen leven de vluchtelingen van dag tot dag en verwachten elk moment het bericht te ontvangen dat het regime is gevallen zodat ze terug kunnen keren naar hun dorp of stad. Vaak ligt dit maar op enkele tientallen kilometers van het kamp. Diegene die dan naar België komen zijn vooral Syriërs wiens politieke activiteiten te gevaarlijk werden in de buurlanden en moesten vertrekken naar het Westen. In september vroegen er 73 Syriërs asiel aan in België, in totaal 463 voor 2012. Op dit moment zijn er ongeveer 13000 asiel aanvragen van Syriërs in heel Europa, velen zijn dus activisten die hun activiteiten verder zetten in het Westen. Als de situatie echter langer gaat aanslepen, dan zal er hervestiging of resettlement nodig zijn van de vluchtelingen in de kampen. Enkele kanttekeningen bij het bezoek van minister Reynders aan de Syrische vluchtelingenkampen.10/17/2012 Naar aanleiding van het bezoek van minister van Buitenlandse Zaken Didier Reynders aan een Syrisch vluchtelingenkamp in Turkije acht ik het moment rijp voor bepaalde kanttekeningen bij het Syrische conflict. Ik volg het Syrische conflict op de voet sinds het begin, zowel in de Arabische als de Westerse media. Ik heb contacten gehad met verschillende Syrische vluchtelingen en immigranten. Ook had ik midden september de kans om zelf één van de vluchtelingenkampen in Jordanië te bezoeken.Ik heb een fotoreportage gemaakt voor UNHCR. Mijn opinie kreeg vooral vorm door een ontmoeting met Ali Ferzat, een prominent cartoonist van de Syrische revolutie die een heel ontluikende blik op het Syrische conflict heeft. Humanitaire steun Didier Reynders vertelde in de media dat België nu 500 000 euro uittrekt voor de bouw van een school in één van de vluchtelingenkampen. Deze steun zou op termijn naar 2 miljoen euro kunnen opgetrokken worden. De schoolse opvang is een prangend probleem; als er al leerkrachten zijn dan staan die voor een klas van 80 leerlingen. Met het begin van het schooljaar hebben vele kinderen niet verder kunnen studeren.Er zijn in het kamp ook weinig andere jongerengerichte activiteiten. In het Zatari vluchtelingenkamp zijn er officieel kindvriendelijke terreinen maar dit is maar voor een deel van het kamp, het merendeel van de jeugd zit in zones waar deze terreinen ontbreken. Er is dus niets te doen, de kinderen vervelen zich. Op de koop toe hebben veel van deze kinderen traumatische toestanden meegemaakt, iedereen heeft wel een familielid verloren. Ik vernam dat een moeder haar kinderen ondergronds had verborgen uit angst voor de Syrische soldaten en dat ze bijna gestikt waren toen ze hen weer opgroef.Deze voorbeelden tonen aan dat hun situatie heel precair is en dat er dringend meer steun nodig is om de levenskwaliteit van de vluchtelingen te verbeteren. maken. De Belgische steun is dus goed, maar voorlopig onvoldoende. Opvang van vluchtelingen in België Een ander voorstel was het naar België overbrengen van Syrische vluchtelingen uit de vluchtelingenkampen, maar Reynders kwam snel tot de vaststelling dat de vluchtelingen dit niet willen. Dit is ook zo, want ze leven van dag tot dag en verwachten elk moment het bericht dat het regime is gevallen zodat ze dan terug kunnen keren naar hun dorp. Vaak ligt dit maar op enkele tientallen kilometers van het kamp. Diegene die dan naar België komen zijn vooral Syrîërs wiens politieke activiteiten te gevaarlijk werden in de buurlanden en moesten vertrekken naar het Westen. In september vroegen er 73 Syriërs asiel aan in België, in totaal 463 voor 2012. Op dit moment zijn er ongeveer 13000 asiel aanvragen van Syriërs in heel Europa, velen zijn dus activisten die hun activiteiten verder zetten in het Westen. Als de situatie echter langer gaat aanslepen, dan zal er hervestiging of resettlement nodig zijn van de vluchtelingen in de kampen. Militaire steun Reynders beloofde op termijn de Syrische oppositie wapens te leveren. Volgens Ali Ferzat is dit niet nodig: “het regime van Alassad had al enkele maanden na het begin van de revolutie moeten vallen, maar omwille van de steun van landen zoals Iran, Rusland, Noord-Korea en China en een organisatie als Hezbollah is het regime Alassad in het zadel kunnen blijven”. De oplossing is dus niet militaire steun, want dan komen we toch maar in een opbod terecht tussen de wereldmachten. Er dreigt dan een verdere escalatie van het conflict in plaats van een diplomatieke oplossing. Het Westen kan blijven proberen alle steunkanalen van Rusland voor het Alassad-regime te verbreken maar het regime zal altijd wel een weg vinden. Marcelo Ninio, een fotograaf van Folhanews uit São Paulho, vond bewijzen dat het Syrische regime Braziliaanse wapens inzet. Er zal dus altijd een toevoer van wapens zijn. Catherine Ashton riep op 15 Oktober nog op om alle wapen export naar Syrië stil te leggen: " Alle staten moeten het voorbeeld van de EU volgen". En volgens Ferzat: “ Het Syrische regime betaalt de Russische regering massa's geld voor het veto in de VN Veiligheidsraad en staat ook toe dat Rusland militaire basissen bouwt in Syrië.” Conclusie De diplomatieke oplossing van het conflict moet volgens Ferzat gepaard gaan met humanitaire steun van de oppositie. Er zijn medicijnen en civiele hulp nodig. Volgens Alassad is het Syrisch conflict geen politiek probleem, maar het probleem is dat bepaalde groepen in de samenleving sektarisch geweld promoten en hij doet de opstandelingen af als terroristen gesteund door buitenlandse machten. Maar volgens Ferzat is dat een dat een mythe: tijdens het regime van de Baath partij werden zowel Christenen, Moslims als seculiere onderdrukt; iedereen komt dus in opstand. Het is dus niet zo dat bepaalde groepen het voortouw hebben genomen en dat we nu moeten vrezen dat de Islamisten aan de macht komen en sektarisch geweld gaan promoten. Willemjan Vandenplas is Freelance fotograaf, student Public Health, vertaler en wereldreiziger. Het Syrisch conflict woedt nu al 18 maanden en volgens sommige bronnen vielen er 30 000 doden , waarvan de overgrote meerderheid burgerslachtoffers. Elke dag verlaten ongeveer 3000 Syriërs hun land. Er wordt geschat dat er 1000 naar Jordanië trekken, die worden ondergebracht in het Zatari vluchtelingenkamp en bij gastfamilies. Sinds het begin van het conflict zijn er ongeveer 300 000 ontheemden terwijl de VN aangeeft dat het tot 700 000 vluchtelingen kan opvangen in de buurlanden Turkije, Libanon en Jordanië. Zijn de noden van de vluchtelingen veelzijdig, er bestaat geen wondermiddel dat de wonden van de burgeroorlog kan helen. Meer hulp is dringend nodig , het gaat niet om het groot aantal plaatsen voor mogelijke opvang, maar om de kwaliteit van die plaatsen. Als Arabisch sprekende freelance fotograaf kreeg ik toestemming van UNHCR Benelux om een fotoreportage te maken over het Zatari vluchtelingenkamp. Toen ik ter plaatse kwam dronken de volwassen thee en rookten ze sigaretten in hun tent.Ze waren druk bezig met discussies over Syrië terwijl de kinderen speelden en nieuwsgierig naar de Europese bezoekers opkeken. Ondanks het feit dat de toestand redelijk normaal bleek, leek iedereen erg uitgeput: de kinderen hadden droge lippen, de volwassen bewogen amper en al spoedig kwamen de eerste mensen bedelen om water.Ze vertelden dat ze enkel warm water te drinken hadden. De temperatuur binnen het kamp liep op tot 40 graden en dus warmde hun watervoorraad snel op. Nadat ik enkele portretten van de kinderen gemaakt had, werd me vooral de melancholische blik in hun ogen duidelijk, die ogen waren glazig. De vader van Mohammed, een van die kinderen , vertelde mij dat zijn zoon zijn eerste woordjes had gesproken toen er een hevig gevecht uitbrak rond zijn huis. Sindsdien heeft Mohammed nooit meer een woord gezegd. Voor andere kinderen is hun eerste woord “tank” in de plaats van bijvoorbeeld “Mama” of “Papa”. De problemen in het kamp zijn tweezijdig: enerzijds heb je de uitputting en de oorlogstrauma’s van de vluchtelingen, anderzijds heb je de moeilijke leefomstandigheden in het kamp. De vluchtelingen hebben weinig afleiding: er worden quasi geen activiteiten georganiseerd er is amper ontspanning voor de kinderen. Daarenboven is het niet zeker of die kinderen naar school zullen kunnen gaan. Op hygiënisch vlak laat het kamp te wensen over en is er dus, ondanks de vaccinatiecampagne van de Jordaanse autoriteiten , een enorm risico op epidemieën . Ieder gezin krijgt 2 maal per dag een voedselpakket, maar voor grote gezinnen is onvoldoende. Daarenboven is het eten niet gevarieerd, niet aangepast aan de voedingsgewoonte van de Syrische bevolking en is er geen alternatief voor diabetes patiënten. Dit is een vaak terugkomende klacht en veel kinderen gaan met honger naar bed. De rede hiervoor is dat het erg moeilijk om in de desolate streek als Mafraq, de streek waar Zatari gelegen is, ongeveer 30 000 mensen van levensnoodzakelijke middelen te voorzien. De Jordaanse politie garandeert de veiligheid van de vluchtelingen, maar treedt anderzijds ook hard op , vooral wanneer de vluchtelingen het kamp proberen te verlaten. Wij hebben bericht gekregen van mishandelingen door Jordaanse politie en regelmatig komt het ook tot rellen met hen: Wanneer er doden vallen in Syrië ontstaan er protest acties in het kamp en deze worden vervolgens gewelddadig neergeslagen. De rede hiervoor is dat zich in het kamp vaak opstandelingen schuilhouden, zo kregen wij beelden te zien op een gsm van hoe een jong volwassene die voor ons zat de keel over sneed van een Syrische militair. Daarom is de Jordaanse politie op zijn hoede. De Syriërs hebben misschien wel veiligheid gevonden maar hun levenskwaliteit is nu ernstig aangetast. De grootste problemen van het kamp zijn het tekort aan financiële steun van de internationale gemeenschap en het opzetten van een goede logistiek . Al lijkt de VN Veiligheidsraad niet in staat te zijn het Syrisch conflict op te lossen toch moet de internationale gemeenschap de toekomst van dit land au serieux nemen . Daarom is het behartigen van de levensomstandigheden van deze vluchtelingen essentieel . The Zatari refugee camp opened in July 2012. At that time there were 500 refugees. The last week every day there are about 1000 refugees coming to the camp. In the meanwhile the number has grown to 32.217 refugees. As of 03 September 2012, a total of approximately 2,400 tents and 336 camp building/tents structures were identified with a high degree of confidence within the well-defined and structured camp site encompassing a current area of approximately 84Ha. Refugees there have mostly walked more than 30 km from Dara'a through the border valley controlled by the FSA and into Jordan. It certainly isn’t an easy journey to make and. the level of desperation from these families is obvious. They talk about houses destroyed, relatives killed with machetes and bombs dropped day and night. It’s a story most of the rest of the world has now heard, listening with horror. Safe zone Although the Syrian refugees found safety, there situation stays precarious, because of the fact that the conflict keeps continuing in the camp. When there are people killed in Dara'a or other cities this leads most of the time to fights in the camp. Like wise the Jordanian Police had to intervene a few days ago with the result that there were 4 police man injured. Also the human conditions are not always good. The refugees drink most of the time hot water and the sanitation that are present are not always very hygienic. Also the food is not adapted to the Syrian taste and most of the time insufficient for bigger families. Some families also complained that their children do not have enough clothing. Ngo's, the government and UNHCR do everything to support the refugees in the best way, but this can't prevent that an informal economy develops in order to alleviate the needs of the refugees. There are 3 medical projects in the camp: a Moroccan field hospital for general medicine, a French hospital for surgery and a Jordanian hospital created financed by the Italian government . The last weeks the amount of heavy injured people decreased. The general tendency is that people are treated in Syria to make the journey to Jordan. On 11th of September the Jordanian authorities started a mayor vaccination campaign, because the risk of infection is high in the refugee camp. The chances are high that the camp will be replaced very soon, because if there is a lot of rain the camp might flood because it's build in a valley. The uncertainty for the refugees stays high. children struggle to cope with refugee life Mohammed Ameen: "I used to play football with my friends; they were like my brothers. Now, I have no idea where they are or if they are even alive," Now in Zatari: "We hardly play football. There is a play area in the camp, but my parents do not let me go there because it is far from our tent and people older than me play there as well," Zakaria Hoshan said. In an effort to ease the hardship of refugee life for the camp’s young residents, international organizations have created spaces for children to play, UNICEF communication specialist Samir Badran said. "There are four safe centers supported by the UNICEF at Zaatari camp designed for children to play and learn,” Badran said, adding that each of these centres includes three large tents that can accommodate up to 50 children at a time and host recreational programmes supported by UNICEF and implemented by Save the Children. "It gives them a chance to meet new friends as well," he pointed out. Many of the children at the Zaatari camp have not been to school since even before they fled their countries. Mustafa Hariri said that he missed his school days, which ended with the start of the conflict in Syria early last year. "When the violence began, no one dared to go to school," the seven-year-old said. His mother, who refused to reveal her name, said that with Syrian regime forces firing on demonstrators and doing battle with armed rebels, she had stopped sending her son to school out of fear that he would be caught in the crossfire."My husband and I were scared that we would lose our son," she said. "I hope that my child will have the chance to continue his studies in the camp." Under an agreement signed on Monday by the Bahraini Royal Charity Organization and the Jordan Hashemite Charity Organization, which administers the camp, mobile schoolrooms will be set up in the camp for children to continue their disrupted education. Many of the refugee children bear psychological scars from the horrors they witnessed in Syria and the trauma of fleeing their homes. Abu Hassan said his neighbor’s two-year-old child’s first word was “tank”. "Normally, the first word children should say is ‘mother’ or ‘father’, but our children learned the names of tanks and weapons because that was what their families were talking about," he said. Hariri indicated that his son’s mind had been deeply affected both by the violence he witnessed back home and by the ordeal of fleeing his country."When we were forced to leave our home, my son was physically and psychologically exhausted from the journey we took to reach Jordan,” he said. “My son is totally changed: Now, he fears everything.” Badran said relief workers were aware of the psychological traumas these children were facing, explaining that some children exhibited involuntary urination, isolation, or aggressive behaviour when they first arrived at the camp. "Our centers record these cases and social workers from Save the Children meet with them and help them confront these obstacles," he added. In spite of everything they have faced, the Syrian children still look forward to returning home and reuniting with their friends. "I still have a slight hope that I will go back home and play football with my friends and watch FC Barcelona matches together," Majid said. Two Syrian refugees get married in Jordan’s Zaatari camp Two Syrian refugees held their wedding at the Zaatari camp on Sunday (September 09). Huthaifa Hareeri and Hanan Hareeri, from Deraa, have been betrothed for a year. But as the conflict in Syria dragged on, their dream to be married was becoming more difficult. “The situation there is bombardment, you know, the army attacks us. The bombardment has left us no space to get married. We came here,” said Huthaifa. Syrian men and women performed traditional wedding songs and dance at the desert camp. Huthaifa misses the presence at his wedding of some relatives still living in Syria. “Well, our happiness is not complete, because I still have family in Syria. Some family members are here and some are there. It is not full happiness,” he said. 19 september 2012 —Het Syrische conflict begon zo'n 18 maanden geleden in de stad Dara'a. Ondertussen hebben de Jordaanse autoriteiten volgens sommige bronnen al meer dan 200.000 vluchtelingen uit de regio opgevangen in gastfamilies en in vluchtelingenkampen. Freelance fotograaf Willemjan Vandenplas kreeg via UNHCR de toestemming van de Jordaanse overheid om een fotoreportage te maken over het Zatari vluchtelingenkamp. Het Zatari vluchtelingenkamp opende in juli 2012. Toen ging het om 500 vluchtelingen. De laatste weken komen er elke dag 1000 vluchtelingen bij. Ondertussen is het aantal aangegroeid tot 32.217 vluchtelingen. De meesten komen uit Dara'a en brengen allemaal de meest verschrikkelijke verhalen mee uit de getroffen stad. Veilige zone Ondanks het feit dat de Syrische vluchtelingen veiligheid hebben gevonden, blijft hun situatie precair, omdat het conflict blijft voortleven in het kamp. Als er doden vallen in Dara'a leidt dit steeds tot schermutselingen in het kamp. Zo moest de Jordaanse politie enkele dagen geleden tussenbeide komen met vier gewonde politie agenten tot gevolg. Ook zijn de menselijke omstandigheden niet altijd ideaal. Zo moeten de vluchtelingen vaak warm water drinken en zijn de sanitaire voorzieningen die aanwezig zijn, niet altijd hygiënisch. Ook het eten is niet aangepast aan de Syrische normen en vaak onvoldoende voor grote gezinnen. Desondanks doen ngo's zoals Care, Save The Childeren en organisaties als UNHCR en de Jordaanse overheid er alles aan om de vluchtelingen zo goed mogelijk te begeleiden, maar dit belet niet dat er zich in het kamp een informele economie aan het ontwikkelen is om aan de extra noden van de vluchtelingen te voldoen. Gezondheidsvoorzieningen Er zijn drie medische missies in Zatari: een Marokkaans veldhospitaal voor algemene geneeskunde, een Frans veldhospitaal voor chirurgie en een Jordaans veldhospitaal dat tot stand kwam door steun van de Italiaanse overheid. De laatste weken is het aantal ernstig gewonde vluchtelingen afgenomen. De tendens is dat vluchtelingen de eerste zorgen krijgen in Syrië voor ze de tocht naar Jordanië ondernemen. Ook begon op 11 september een massale vaccinatiecampagne tegen polio en mazelen. Het risico op infecties blijft echter hoog. Voor kinderen is er ook psychische hulp om met emotionele problemen om te gaan. Er zijn ook tien speelplaatsen en een voetbalveld aangelegd. Overstromingsgevaar De kans is groot dat het Zatari kamp binnenkort moet verplaatst worden omdat het in een vallei ligt en er bij hevige regenval overstromingsgevaar dreigt. De onzekerheid voor de duizenden vluchtelingen blijft hoe dan ook groot. Willemjan Vandenplas is student Geneeskunde - Gezondheidsbeleid in ontwikkelingslanden, freelance fotograaf, wereldreiziger en vertaler. Deze reportage kwam tot stand met de steun van UNHCR Benelux. Getuigenissen ' Ik heb mijn 5 kinderen begraven om hen te verstoppen van het leger, beter dat dan dat ze vermoord worden. Wanneer de soldaten weer vertrokken waren, graafde ik ze weer op, ze waren bijna gestorven door het gebrek aan zuurstof. Ik zweer op God, dat ik een vliegtuig zag dat schoot op de mijn 5 buurjongens, allemaal dood, andere verloren hun benen andere hun armen, zelf een oude man van 102 jaar, het leger vermoode hem koelbloedig' Een jongen begon juist te praten tijdens het conflict en toen hij gewoorschoten hoorden vlak bij zijn huis is hij gestopt met praten, sinds dien heeft hij niets meer gezegd. Het Syrische leger valt jongeren aan, ze binden hun vast aan hun handen, bedekken hun hoofden en steken hen levend in brand of steken messen door hun maag en snijden hun keel over. .' ik hou niet van dit eten, ik ga hongerig naar bed' Een jongen liep over straat met zijn vrienden in Dara'a, ze werden met scherp beschoten, al zijn vrienden stierven hij alleen overleefde en vluchte naar zatari. Opstand in Zatari, als er doden vallen in Dara'a, dan zijn er altijd schermutselingen in Zarari. Een van de jongvolwassenen toonde ons een video van hoe hij met zijn vrienden de keel oversnijd van een Syrische Militair. Het syrische leger vermoorde de patiënten en de dokters van een ziekenhuis in Dara'a, de overlevende vluchten ondergronds. Mijn vrouw en een deel van mijn familie is nog in Syrië, ik weet niet wat er met hen is gebeurd, ik heb geen nieuws van hun en kan hun niet contacteren. In zatari neem ik mijn kinderen elke dag naar het ziekenhuis omdat zij ziek zijn en overgeven. De situatie in het kamp is niet zo goed... zelf al is de veiligheid onze eerste zorg en het is beter hier, blijft het hier niet goed. |
Archives
January 2015
Categories
All
|